Kenmerken

  • sterk gebouwde, middelgrote tot grote nachtvlinders
  • brede afgeronde, warmbruine of geelachtige vleugels
  • de voorvleugels hebben in het algemeen een kleine centrale vlek en/of twee dwarslijnen
  • de mannetjes hebben breed geveerde antennen 
  • middelgrote vlinders zijn meestal bruin of grijs met enkele witte stippen
  • de vrouwtjes zijn over het algemeen een stuk groter
  • de vleugelspanwijdte bedraagt meestal minder dan 4 cm.
  • de harige rupsen zijn meestal kleurig met witte strepen in de lengterichting
  • de haren kunnen huidirritatie veroorzaken
  • de rupsen zijn vaak vrij groot, ongeveer 5 tot 6 centimeter

Weetjes

  • wereldwijd ruim 1950 soorten; in Nederland zijn 16 soorten waargenomen.
  • de 3 grootste Nederlandse soorten zijn: hageheld, kleine hageheld en veelvraat
  • de mannetjes van deze drie vliegen op zonnige middagen vaak rond op zoek naar een vrouwtje
  • de vrouwtjes van deze drie soorten, en zowel de mannetjes als de vrouwtjes van andere spinners, vliegen alleen ´s nachts en komen op licht af
  • spinners kunnen als volwassen vlinder (imago) geen voedsel opnemen omdat ze geen functionele roltong hebben; als rups eten ze wel
  • de rups leeft in mei en juni en de vlinder leeft van half juni tot en met begin september

Website(s) met meer info