Wat is een amfibie?
Amfibieën zijn een klasse van gewervelde, koudbloedige dieren met een naakte, relatief gladde huid. De naam amfibie is afgeleid van het Griekse ἀμφί-βιος amphí-bios, wat dubbel-levend betekent.[2] Dit verwijst naar de levenswijze van amfibieën: ze kunnen zowel in het water als op het land overleven.
Amfibiën kenmerken zich door de metamorfose in hun ontwikkeling: de larven die uitsluitend in water kunnen leven ontwikkelen zich tot luchtademende volwassenen met longen.
Tot de amfibieën behoren de kikkers (Anura), de salamanders (Caudata) en de wormsalamanders (Gymnophiona). In totaal zijn er ruim 8200 beschreven soorten.[3] Hiervan behoren er ongeveer 7300 tot de kikkers (inclusief padden), 760 tot de salamanders en 200 soorten tot de wormsalamanders.
Hoeveel amfibieën komen er in Nederland voor?
In Nederland komen van nature zestien soorten amfibieën voor te weten 11 kikkers en padden en 5 salamanders. Naast deze inheemse soorten zijn er ook enkele exotische amfibieën door de mens geïntroduceerd.
De verschillen tussen kikkers en padden
Kikkers hebben over het algemeen
- een gladde vochtige huid
- een slanke lichaamsbouw
- lange achterpoten met zwemvliezen waarmee ze goed kunnen springen en snel kunnen zwemmen
- leggen hun eieren in een groep
Padden hebben over het algemeen
- een droge wrattige huid
- een lompe lichaamsbouw
- korte achterpoten waarmee ze hoofdzakelijk lopen in plaats van springen
- leggen hun eieren in lange rijen