Het damhert staat wat formaat betreft tussen ree en edelhert in. De kleur van zijn vacht is oorspronkelijk roodbruin, zwart of gevlekt, maar er komen (ook binnen één roedel) veel kleurvarianten en zelfs effen zwart en geheel witte exemplaren voor. Bovendien heeft het damhert een zomervacht en wintervacht die qua kleur van elkaar verschillen. De wintervacht is meestal grijs-beige en vertoont enkele lichtere vlekken, de zomervacht die na een verharingsperiode van circa 40 dagen verschijnt is kastanjebruin met soms witte vlekken. Bij alle dieren loopt een donkere aalstreep vanaf de staartwortel over het laatste deel van de rug. Het achterwerk, ook wel spiegel genoemd, is vaak wit (niet altijd) met een zwarte middenstreep en aan de bovenzijde zwart omrand. Zijn staart is opvallend lang met aan de bovenzijde een donkere lengtestreep. Hij heeft donkere ogen, grote oren die duidelijk aan de zijkant van de kop uitsteken. Zijn snuit is spits met een zwarte neusspiegel en duidelijk zichtbare neusgaten. De witte vlek op de onderlip (zoals bij ree en hert) ontbreekt. Volwassen mannetjes hebben een opvallende adamsappel en een schoffelvormig gewei. Het gewei wordt elk jaar weer in april of mei afgeworpen, waarna het gelijk weer begint aan te groeien. Het gewei is eerst bedekt door de basthuid, een dunne laag vaten met huid . Die basthuid wordt in augustus en september afgeschuurd, waarna het bekende hoornige gewei bloot komt te liggen.
25-09-2023 Duinen bij Haamstede
23-09-2020 Duinen bij Haamstede (Zeeland)
08-08-2018 Philips van Lenneppark
(Eindhoven)
15-06-2018 Philips van Lenneppark